Mohy Liégeois Gerstmans « SESSION53 »




 



Dit is geen trio zoals de anderen, het is een familie die, in tijden van non-covid, samenkomt in L’An Vert in Luik voor "slow sessions" met of zonder gasten om jazz standards uit te puren. Uit deze sessies kwam dit album voort dat naast een stuk van Quentin Liégeois, hoofdzakelijk uit composities van Pascal Mohy (acht titels) bestaat. We hadden een gesprek met de pianist en de gitarist.


Hoe begon je aan deze muziek ?

Quentin Liégeois : Je zou het studeren zonder smaak kunnen noemen, je komt in de muziek terecht omdat het een bepaalde dag gebeurt. Toen ik mij echt aangetrokken begon te voelen tot muziek, ontdekte ik jazz. Het kwam via Pascal en zijn vader, ik zat bij Pascal op school, er waren veel platen bij hem thuis en ik vertrok met een paar dingen. Jazz moet je tegenkomen, zeker als je in 1980 werd geboren.

Hoe ontdekte je de jazzmuziek ?

Pascal Mohy : Door de boogie-woogie, een muziekvorm die mij aansprak. Het bevond zich niet te ver van blues, jazz, … welnu zo rolde ik erin.

Alle drie komen jullie uit Luik maar toch beslissen jullie in Brussel te gaan studeren.

Quentin Liégeois : Wij wilden aan het jazzconservatorium studeren en dat bestond niet meer in Luik. Er waren genoeg plaatsen om te spelen in Luik, maar niet om de muziek te leren. We maakten het einde van de Lion s’Envoile mee waar we Dewey Redman zagen optreden met drummer Leon Parker. We waren toen ongeveer 16 jaar oud.

Jullie hadden een quartet met Marc Demuth en Max Silvapulle dat op “Jazz à Liège” stond.

Quentin Liégeois : Inderdaad, het was het eerste quartet, daarna verving Sam Gerstmans Marc die in Den Haag studeerde. Het werd een beetje ingewikkeld, vooral toen hij daarna met Erasmus naar Barcelona trok.


Tussen je eerste plaat “Autumn 08” die in 2009 bij IGLOO uitkwam wachtte je wel erg lang vooraleer je een nieuw album uitbracht, Pascal. Waarom ?

Pascal Mohy : Ik had er misschien geen zin in… ik weet het niet… Uiteindelijk is het de gelegenheid die de dief maakt... Ik had er tien kunnen maken!

Je plaat druist een beetje in tegen wat er nu veel wordt gedaan: we componeren, we repeteren, we gaan de studio in en pas daarna geven we concerten. Het project kreeg maturiteit door lange tijd in 'L’An Vert' te spelen in de zogenaamde 'langzame sessies'.

Quentin Liégeois : Inderdaad. Voor wat de volwassen kant betreft moet ik toch een kleine bemerking maken: aan de muziek op dit album, de composities van Pascal, hebben we vooraf gewerkt en ze vervolgens opgenomen. Wat ik leuk vind aan de "ouderwetse manier" is dat we automatismen, goed of slecht, creëerden door standards te spelen. Door de composities van Pascal te spelen, kwamen de interactieve trucjes los die geïnspireerd zijn door standards. Maar het klinkt anders, het voedt de muziek op een leuke manier. Toen we begonnen was het meer een werkgroep die samenspeelde om de muziek onder de knie te krijgen. Vervolgens speelden we volgens de opportuniteiten die zich aanboden.

Zoals Pascal zegt: “de gelegenheid maakt de dief”. Die boden zich eerder niet aan omdat we allen in andere projecten zaten, zoals Pascal met Mélanie de Biasio. En dan plots was het moment daar en het was super!

Jullie drie hadden een lange ervaring met de slow sessions van 'L’An Vert'.

Pascal Mohy : Klopt, en de plaat voelde aan als een sessie, maar dan bij mij thuis gespeeld. In het kielzog van wat we aan het doen waren bij L’An Vert, hebben we dit repertoire samengesteld van muziek die we echter nog geen vijf jaar speelden.

Door je composities ben je toch gebleven bij de esthetiek zoals bij het spelen tijdens een slow session.

Pascal Mohy : Het is eerder de invloed van eenvoudige vormen. Toen ik aan het componeren was, zei ik tegen mezelf dat ik simpeler dingen moest schrijven, niet simpel om te spelen, maar muziek zoals bij standards. Het is trouwens niet omdat het eenvoudig is dat het gemakkelijk te spelen is. Het is muziek die van bij het begin gemakkelijk te begrijpen is. Dat is wat ik wilde doen, ABA's, zestien maten, acht maten ... het bleef bij en we speelden zonder partituren, zoals bij een standard eigenlijk. Als we in een band spelen, eindigen we soms met een reeks bedrieglijk gecompliceerde partituren die je vaak blokkeren. Het is een beetje: waarom maak je het ingewikkeld als je het eenvoudig kunt brengen. Ik wilde iets eenvoudigs. Als je een compositie schrijft, laat je ze snel alle kanten uitgaan.

Quentin Liégeois : We zijn erg geïnspireerd door de jazz van de jaren ‘60. Ik hou bijvoorbeeld van Miles Davis van die jaren, de tijd dat hij op het podium standards speelde en waar hij alleen composities opnam. Als je erover nadenkt, is het super ontspannen om het op deze manier te doen: als je iets te zeggen hebt, maak je er een album van, en als je op het podium staat, speel je muziek die het publiek in vervoering brengt omdat het de standards kent. Ik hou van de scene waarbij we standards tijdens de slow sessions kunnen ten gehore brengen en ben blij de eigen composities te kunnen opnemen. Dat is het zowat een beetje wat Pascal deed. Er zijn zoveel mooie versies van standards ... Soms doet de proloog, de outro of de epiloog van een compositie van Pascal denken aan een bekend stuk. Het is een beetje alsof hij wil verwijzen naar de muziek die hij leuk vindt en tezelfdertijd toch heel persoonlijk wil blijven.


Zoals met “In The Red” dat doet denken aan Red Garland ?

Quentin Liégeois : Helemaal !

De Bill Evans en Jim Hall's piano/gitaar crossover op hun cd “Undercurrent” is een beetje terug te vinden op jullie “Wet Sun”.

Pascal Mohy : Wij hebben die plaat grijsgedraaid, en als er passages op onze plaat aan dit album doen denken dan flatteert dit ons. Door naar dit soort albums te luisteren, blijft er altijd een klein beetje bij ons plakken, maar we verwerken dit op onze eigen manier.

Jazz is ook een muziek van citaten. Hier kunnen we praten over herschepping.

Quentin Liégeois : Als je van jazz houdt zal je bij het beluisteren van deze plaat een hele reeks referenties ontdekken. Wat we hopen is dat men de oprechtheid van de componist voelt. Ik hoop dat het luisteren naar de plaat je een goed gevoel geeft.

Pascal Mohy : Het is muziek die je zo hoort. Als je moeder een Luiks accent heeft, zal je, als je het hoort, het Luikse accent herkennen.

Op de plaat voel je de familiegeest. En op de cover staat "thuis opgenomen".

Pascal Mohy : We namen op in mijn salon op mijn piano. Er staan twee grote dozen met wol in en wat gordijnen. In principe is het goedkoper om thuis op te nemen.

Quentin Liégeois : We leven in een tijd waarin het vrij eenvoudig is om thuis ideeën in de praktijk om te zetten. Het is heel spannend om te leren mixen, om niet enkel muzikant en artiest te zijn. Als je een meer speciale productie niet nodig hebt, kan je een geweldig resultaat bekomen. Je voegt er de lockdown fase aan toe… Sommige zaken zijn interessant om in de toekomst op dezelfde manier verder te doen.

Kan je wat meer vertellen over de foto en de titel van het album ?

Pascal Mohy : De foto werd genomen in de Rue Roture (door de Luikenaars ‘En Roture’ genoemd. We wilden een foto van Goldo, dat vond ik wel leuk. ‘53’ is mijn huisnummer.

Heeft de titel "Green Book” iets met de film te maken ?

Pascal Mohy : Neen, ik heb de film niet gezien. De composities voor het album zitten al tien jaar niet meer in mijn dozen. Toen we besloten om op te nemen, ging ik aan de slag en schreef ik mijn ideeën op papier. En toen ik uiteindelijk al mijn ideeën wilde bundelen, kocht ik een klein bladmuziekboek en het was groen. Dit is de eerste keer dat ik dit doe, mijn papieren opruimen... Nu heb ik dit boekje met een groene kaft. Er stond "Music Book" op, ik heb Muziek doorgestreept en vervangen door Mohy!

Interview © Claude Loxhay en Jean-Pierre Goffin (vrije vertaling : Jos Demol) – foto’s © Dominique Houcmant Goldo


MLG Records* / dist. IGLOO
*MLG staat voor Mohy Liégeois Gerstmans (uitgegeven in eigen beheer)

Lees de recensie van Claude Loxhay HIER


Concerten 2021 :

25 juli : Dinant Jazz Festival
13 augustus : La Sauvenière – Liège
28 augustus : Ham Sessions - Gent
1 september : Pelzer Jazz Club – Liège


In case you LIKE us, please click here:




Foto © Leentje Arnouts
"WAGON JAZZ"
cycle d’interviews réalisées
par Georges Tonla Briquet




our partners:

Clemens Communications


 


Silvère Mansis
(10.9.1944 - 22.4.2018)
foto © Dirck Brysse


Rik Bevernage
(19.4.1954 - 6.3.2018)
foto © Stefe Jiroflée


Philippe Schoonbrood
(24.5.1957-30.5.2020)
foto © Dominique Houcmant


Claude Loxhay
(18/02/1947 – 02/11/2023)
foto © Marie Gilon


Special thanks to our photographers:

Petra Beckers
Ron Beenen
Annie Boedt
Klaas Boelen
Henning Bolte

Serge Braem
Cedric Craps
Christian Deblanc
Philippe De Cleen
Paul De Cloedt
Cindy De Kuyper

Koen Deleu
Ferdinand Dupuis-Panther
Anne Fishburn
Federico Garcia
Robert Hansenne
Serge Heimlich
Dominique Houcmant
Stefe Jiroflée
Herman Klaassen
Philippe Klein

Jos L. Knaepen
Tom Leentjes
Hugo Lefèvre

Jacky Lepage
Olivier Lestoquoit
Eric Malfait
Simas Martinonis
Nina Contini Melis
Anne Panther
Jean-Jacques Pussiau
Arnold Reyngoudt
Jean Schoubs
Willy Schuyten

Frank Tafuri
Jean-Pierre Tillaert
Tom Vanbesien
Jef Vandebroek
Geert Vandepoele
Guy Van de Poel
Cees van de Ven
Donata van de Ven
Harry van Kesteren
Geert Vanoverschelde
Roger Vantilt
Patrick Van Vlerken
Marie-Anne Ver Eecke
Karine Vergauwen
Frank Verlinden

Jan Vernieuwe
Anders Vranken
Didier Wagner


and to our writers:

Mischa Andriessen
Robin Arends
Marleen Arnouts
Werner Barth
José Bedeur
Henning Bolte
Erik Carrette
Danny De Bock
Denis Desassis
Pierre Dulieu
Ferdinand Dupuis-Panther
Federico Garcia
Paul Godderis
Stephen Godsall
Jean-Pierre Goffin
Claudy Jalet
Bernard Lefèvre
Mathilde Löffler
Claude Loxhay
Ieva Pakalniškytė
Anne Panther
Etienne Payen
Jacques Prouvost
Yves « JB » Tassin
Herman te Loo
Eric Therer
Georges Tonla Briquet
Henri Vandenberghe
Iwein Van Malderen
Jan Van Stichel
Olivier Verhelst