© Jeanschoubs
Tom Bourgeois ontdekt Lili Boulanger en brengt “Lili” uit, een zeer persoonlijk album dat grenst aan jazz, impressionisme en geïmproviseerde muziek. De saxofonist vertelt ons er enthousiast over.
Hoe ben je in aanraking gekomen met de muziek van Lili Boulanger?
Ik heb een heel goede vriend met wie ik mijn muzikale ontdekkingen deel. Dat gebeurt heel spontaan: toen hij thuiskwam van een concert, zette hij de radio aan en hoorde hij een duet. Ik weet niet of het rond één uur ‘s nachts was, maar hij zei tegen me: 'Ah, ik moest aan jouw muziek denken, dit moet je eens beluisteren’. Het is een componiste, ik had nog nooit van haar gehoord, maar blijkbaar heeft ze leuke dingen gedaan. Ik klik op de YouTube link en luister twintig keer achter elkaar naar het nummer. Het is bovendien uit dezelfde periode als Debussy en Ravel, een periode die ik erg mooi vind, impressionistisch, echt. En ik vraag me af hoe ik dit heb kunnen missen, hoe niemand me hier ooit over heeft verteld. Ik heb toch behoorlijk wat composities gemaakt, ik heb lessen gevolgd en toch heb ik dit volledig gemist!
© Robert Hansenne
Hoe verliep het proces voor de keuze van de stukken en hun arrangement?
Eigenlijk is mijn aanpak vrij organisch. Ik heb me eerst grondig verdiept in haar muziek, via YouTube en een website genaamd IMDB, waar je alle partituren kunt vinden... Voor de korte tijd dat ze geleefd heeft, heeft ze best veel muziek geschreven, maar na een paar maanden heb je toch een aardig overzicht.
Vervolgens heb ik een stuk gekozen en ben ik begonnen met het arrangeren ervan, terwijl ik dacht: Ah, dat is leuk, misschien kan ik wel een sessie van een paar uur doen met een paar muzikanten, gewoon om te zien hoe het gaat. En toen vond ik het aardig, dus dat was een beetje het proces: ik heb verschillende korte sessies gedaan, waarbij ik elke keer nieuw materiaal meebracht.
En waarom juist deze muzikanten?
Dat kwam omdat ik nog nooit veel met hen had gespeeld! Ik wilde een beetje uit mijn comfortzone komen en tegen mezelf zeggen: ‘Hé, die en die, ik heb echt zin om met hen te spelen, laten we het proberen!’
Het was een mooie kans. Iedereen heeft zijn eigen finesse. Ik dacht aan hen voor dit project, omdat ik vermoedde dat het zou werken. Tijdens de sessies ging het bijna vanzelf, ik was zelfs verbaasd, want het proces van componeren en herschikken is lang. Ik heb ook bijna alle boeken gelezen die er over haar te vinden zijn.
Toen ik zag dat het in één sessie zo goed klikte, heeft dat me gemotiveerd om door te gaan. Als het niet overtuigend was geweest, had ik mezelf niet gedwongen om een album te maken... Het resoneerde eigenlijk... En nu ik er wat afstand van heb kunnen nemen, denk ik dat het woord dat dit alles best samenvat, echt het idee van resonantie is. Het is het besef dat de muziek die zij schreef, echt sterk resoneerde toen ik die ontdekte: je verbonden voelen met iemand van wie je het bestaan niet kende, van wie je de muziek niet kende.
Ik heb ook nog een kleine anekdote: op YouTube kwam ik een compositieleraar uit Nieuw-Caledonië tegen die twee analyses van een van haar nummers had gemaakt: ze begint met een bepaald akkoord. Ze speelt het voor me en ik krijg kippenvel, want dat is het akkoord dat ik net had afgemaakt voor een eigen compositie! Precies dezelfde voicing, dat wil zeggen dezelfde stapeling van noten. Ik dacht: het is gek dat we zo met elkaar verbonden zijn, terwijl ik haar niet kende. Dat hele idee van resonantie, ik denk dat dat het echt is...
© Robert Hansenne
En hoe is de groep ontstaan?
Het is uiteindelijk een heel persoonlijke aanpak. De line-up is vrij natuurlijk tot stand gekomen. Ik heb Vincent Courtois ook helemaal toevallig ontdekt, via een album dat “West” heet. Toen ik ernaar luisterde, waren er nummers die ik zelf had kunnen schrijven. Ik dacht: ik schrijf hem eens, kijken of het klikt. Hij vond het leuk, we hebben een dag gerepeteerd en het album opgenomen. Het was alsof we deze muziek al eerder hadden gespeeld.
Veronika Harcsa ken ik goed. Het was voor mij vanzelfsprekend om haar te vragen: ze is iemand die zo flexibel is in alles wat ze doet. Ik bereken zelden iets, ik laat me meer leiden door intuïtie en zin. En dat laat ook ruimte voor spontaniteit.
Hoeveel improvisatie zit er precies in?
Er zitten toch nogal wat geïmproviseerde stukken in de nummers. Ik heb al journalisten gehad die me vertelden dat ze niet goed het verschil konden horen tussen wat geschreven was en wat geïmproviseerd. En dat is maar goed ook, want soms is het leuk om te denken dat je gewoon begint met een melodie, of soms met iets ingewikkelder. Ik denk dat ik dat in veel van mijn projecten doe: ik schrijf veel, ik componeer veel... En ik probeer dat niet te verstikken, niet te veel te schrijven, maar ruimte te laten.
© Jeanschoubs
Is alles in eerste instantie geïnspireerd door stukken die door Lili Boulanger zijn geschreven?
Ja, min of meer. Er zijn een paar nummers waarin het thema duidelijk herkenbaar is, dat is vrij letterlijk. Sommige dingen zijn sterk ontleend. En dat is ook een beetje het spel. Bijvoorbeeld... een album van een contrabassist die in Parijs woont, Stéphane Kerecki, die een album heeft gemaakt over de ‘Nouvelle Vague’: ik heb alle films opnieuw bekeken en me afgevraagd welke muziek hij heeft gebruikt. Bij mij was er ook een beetje het idee dat dit misschien een aanknopingspunt zou kunnen zijn om die dingen later nog eens te beluisteren.
Dat vind ik een leuke manier: soms ontdek je iemand via iets heel anders, via een film, een boek... En dan duik je er ineens helemaal in...
Om er iets persoonlijks van te maken...
Het idee was meer om te zeggen dat deze muziek echt van ons is. Het is niet alleen maar geleend. Maar we hebben ook het recht om dat te doen. En bovendien blijven we zo ook trouw aan de geest van deze muziek...
inderdaad, dat vind ik ook…
Mooi, ik ook. Ik vind het supersterk, superdonker en ook bezwerend in zijn muziek. Heel John Coltrane, eigenlijk...
© Robert Hansenne
Je hebt er niet over gesproken, maar je weet toch dat de gebroeders Belmondo een album hebben uitgebracht met de titel “Hymne au Soleil sur les musiques de Lili Boulanger”?
Ja, ik ontdekte het toen ik het album bijna af had. Tenminste, het schrijven was klaar.
Ik stond daar en vroeg me af: doe ik het of niet? Toen luisterde ik ernaar, het is heel gepolijst, heel mooi, maar het past helemaal niet bij mijn aanpak, en ik dacht: des te beter, ik heb er helemaal vrede mee. Het is echt heel goed geschreven, maar het is heel letterlijk, het herschikt, en dus dacht ik: des te beter, want dat is helemaal niet de richting die ik ben ingeslagen.
Ook de aanwezigheid van Veronika maakt het heel anders. Er is een stem, er is een tekst...
Wel, dat is het enige wat me niet aanspreekt aan de teksten van Lili Boulanger. Het is Lili Boulanger, en het klopt dat al haar teksten religieus zijn. Dus ik had andere teksten nodig. Teksten die ook over iets anders gaan, snap je? Ik heb wel de meeste originele titels behouden, zelfs als ik de composities zelf heb geschreven.
Je hebt je verdiept in het leven van Lili Boulanger…
Ik heb veel recensies en dingen over haar gelezen. Haar verhaal is tragisch, maar wat mij het meest raakt, is dat innerlijke vuur, net als bij Charlie Parker eigenlijk. Je voelt dat hij zijn vleugels verbrandt als hij speelt. Dat voel je. En dat voel je ook heel sterk in de muziek van Lili. Ik denk dat ze al die nummers juist heeft kunnen schrijven omdat ze wist dat ze niet lang meer te leven had. Ik heb me daarna verdiept in haar leven. Er zijn toch wel een paar boeken over haar te vinden. Je zou er romans van kunnen maken. Er zitten tragische dingen in. De laatste vier jaar van haar leven heeft ze veel geleden. Het was tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Ze sterft net voor het einde. Het is echt heel duister. En toch komt er een kracht uit haar muziek die helemaal jazz is.
Tekst © Jean-Pierre Goffin (vrije vertaling: Jos Demol) - foto’s © Robert Hansenne / Jeanschoubs
In samenwerking met JazzMania
Voor meer informatie over de muziek van Lili Boulanger kunt u luisteren naar ‘Lili’, het prachtige album van Tom Bourgeois met Veronika Harcsa, Alex Koo, Lennart Heyndels en Théo Lanau. Tom Bourgeois staat op 8 augustus 2025 op Gaume Jazz met de volledige line up van op het album.
In case you LIKE us, please click here:
Hotel-Brasserie
Markt 2 - 8820 TORHOUT
Silvère Mansis
(10.9.1944 - 22.4.2018)
foto © Dirck Brysse
Rik Bevernage
(19.4.1954 - 6.3.2018)
foto © Stefe Jiroflée
Philippe Schoonbrood
(24.5.1957-30.5.2020)
foto © Dominique Houcmant
Claude Loxhay
(18/02/1947 – 02/11/2023)
foto © Marie Gilon
Pedro Soler
(08/06/1938 – 03/08/2024)
foto © Jacky Lepage
Special thanks to our photographers:
Petra Beckers
Ron Beenen
Annie Boedt
Klaas Boelen
Henning Bolte
Serge Braem
Cedric Craps
Luca A. d'Agostino
Christian Deblanc
Philippe De Cleen
Paul De Cloedt
Cindy De Kuyper
Koen Deleu
Ferdinand Dupuis-Panther
Anne Fishburn
Federico Garcia
Jeroen Goddemaer
Robert Hansenne
Serge Heimlich
Dominique Houcmant
Stefe Jiroflée
Herman Klaassen
Philippe Klein
Jos L. Knaepen
Tom Leentjes
Hugo Lefèvre
Jacky Lepage
Olivier Lestoquoit
Eric Malfait
Simas Martinonis
Nina Contini Melis
Anne Panther
France Paquay
Francesca Patella
Quentin Perot
Jean-Jacques Pussiau
Arnold Reyngoudt
Jean Schoubs
Willy Schuyten
Frank Tafuri
Jean-Pierre Tillaert
Tom Vanbesien
Jef Vandebroek
Geert Vandepoele
Guy Van de Poel
Cees van de Ven
Donata van de Ven
Harry van Kesteren
Geert Vanoverschelde
Roger Vantilt
Patrick Van Vlerken
Marie-Anne Ver Eecke
Karine Vergauwen
Frank Verlinden
Jan Vernieuwe
Anders Vranken
Didier Wagner
and to our writers:
Mischa Andriessen
Robin Arends
Marleen Arnouts
Werner Barth
José Bedeur
Henning Bolte
Erik Carrette
Danny De Bock
Denis Desassis
Pierre Dulieu
Ferdinand Dupuis-Panther
Federico Garcia
Paul Godderis
Stephen Godsall
Jean-Pierre Goffin
Claudy Jalet
Chris Joris
Bernard Lefèvre
Mathilde Löffler
Claude Loxhay
Ieva Pakalniškytė
Anne Panther
Etienne Payen
Quentin Perot
Jacques Prouvost
Renato Sclaunich
Yves « JB » Tassin
Herman te Loo
Eric Therer
Georges Tonla Briquet
Henri Vandenberghe
Peter Van De Vijvere
Iwein Van Malderen
Jan Van Stichel
Olivier Verhelst