I H8 Camera : Rudy Trouvé, de man achter de camera…








Rudy Trouvé maakt deel uit van de beroemde Antwerpse scene waar bands als dEUS, maar ook Dead Man Ray, Kiss My Jazz, Zita Swoon en vele anderen zijn ontstaan. Vandaag staat hij aan het hoofd van I H8 Camera, in pure improvisatiemodus. Hij legt uit hoe dat zit.


Als je het goed vindt, gaan we eerst even terug in de tijd. Begin jaren 90 maak je deel uit van de beroemde Antwerpse scene. Je richt dEUS op samen met Tom Barman en Stef Kamil Carlens…

Rudy Trouvé : Eigenlijk bestond dEUS al toen ik bij de groep kwam. Ik verving een gitarist die net was vertrokken. Maar ja, samen hebben we gewerkt aan wat uiteindelijk het eerste album, “Worst Case Scenario”, is geworden.

In Antwerpen zijn er in die tijd niet alleen rockgroepen. De stad bruist van de culturele activiteiten. Ik denk dan vooral aan de mode. Hoe valt dat te verklaren?

Rudy Trouvé : Mode, ik denk dat dat iets eerder kwam... Maar het klopt wel. Ik kan alleen over muziek praten. Er was een plek waar muzikanten elkaar ontmoetten en samen speelden, de Music Doors. Het was een bar waar iedereen een kwartier kon spelen en daarna met de hoed rond kon gaan om wat geld in te zamelen. Ik ben daar begonnen met mijn band Kiss My Jazz.

De stad wordt in die periode geconfronteerd met een sterke opkomst van extreemrechts. Zou er een oorzakelijk verband kunnen zijn? Een tegencultuur beweging?

Rudy Trouvé : Dat is heel goed mogelijk. Maar op dat moment was ik me daar niet echt van bewust.

Zowel bij dEUS als bij de groepen die in hun omgeving actief waren, zoals Kiss My Jazz, was jullie muziek zweverig. Rock, maar ook improvisaties geïnspireerd door jazz…

Rudy Trouvé : Het stond vast dat we niet wilden doen zoals andere muzikanten. In een rockband spelen en het daarbij laten. We waren ook beïnvloed door de Beat Generation en jazz. Niet alleen op muzikaal vlak, maar vooral ook qua mentaliteit.

Heb je dEUS verlaten omdat je het geïmproviseerde karakter van je muziek meer wilde benadrukken?

Rudy Trouvé : Neen, dat was niet de belangrijkste reden. Ik was eigenlijk een beetje moe van al die tournees en de druk die bij zo'n band hoort. dEUS groeide heel snel. In het begin waren we met vijf plus een geluidstechnicus. Toen ik de band verliet, kwamen er nog twee roadies, een merchandising manager, een tourmanager, een lichttechnicus, de buschauffeur...

Wordt het dan een onderneming?

Rudy Trouvé : (Hij zucht.) Oh ja! Ik had meer rust nodig!


Je concentreert je dan op Kiss My Jazz, een groep die meer improviseert en waar je minder druk voelt…

Rudy Trouvé : Ja, maar vergeet niet dat Kiss My Jazz al bestond toen ik bij dEUS speelde. In vergelijking met wat ik deed, was dEUS voor mij al bijna een commerciële band.

Laten we het eens hebben over je band I H8 Camera. Allereerst een vraag die je vast al duizend keer gesteld is: waarom deze naam?

Rudy Trouvé : Het komt door een verspreking. Ik werd geïnterviewd door een Franstalige journalist die me vroeg of ik naast muziek nog andere activiteiten had. Ik antwoordde dat ik wat onbelangrijke klusjes deed met een camera en noemde het model: IH8 Camera. In zijn verslag schreef hij “I Hate Camera”. Ik vond dat leuk en besloot die naam te behouden voor de band die ik aan het oprichten was.

Waar liggen de grenzen van improvisatie in deze groep? Vooral wanneer er gasten bij komen (violiste Catherine Graindorge voegde zich die avond bij de line-up tijdens een concert dat I H8 Camera gaf in het Atelier Rock in Huy)?

Rudy Trouvé : Er zijn geen grenzen op muzikaal vlak. Als er al een grens is, dan ligt die eerder op het vlak van het geluid op het podium. Als we elkaar niet goed kunnen horen of als het niet goed klinkt, dringen we niet aan. Aan de andere kant houd ik helemaal niet van het idee om te ‘jammen’. Daarom leid ik de groep.

Gebeurt deze regie live, volledig geïmproviseerd? Beslis jij wanneer het nummer stopt, of kijk je naar een muzikant om hem het stokje door te geven...

Rudy Trouvé : Dat is precies hoe het tussen ons gaat. Ik ben min of meer de baas.

Zijn de titels van de nummers van tevoren bekend? Of worden die ook pas bedacht op het moment dat je ze speelt?

Rudy Trouvé : Ja, alles is geïmproviseerd. We geven de titels nadat we ze hebben gespeeld. Ook de teksten zijn geïmproviseerd. Soms zijn er zinnen overgenomen uit een boek dat ik heb gelezen.

Op het livealbum dat net is uitgekomen – “Live at l'Archiduc Brussels May 2023” – zeg je tegen het publiek, als inleiding: “Wij zijn een improvisatiegroep, soms lukt het, soms niet...”. Als ik jullie zo zie, lijkt het mij dat het altijd lukt...

Rudy Trouvé : Het ligt iets gecompliceerder dan dat. Het komt voor dat ik aan het einde van een concert niet tevreden ben, terwijl de rest van de band het wel naar hun zin heeft gehad. Iedereen kan het anders ervaren. Het is echter niet erg als er tijdens het concert wat mindere momenten zijn. Dat maakt het vervolg net iets interessanter (hij lacht). We proberen ‘instant compositie’ te maken, min of meer beïnvloed door pop/rock. Dat lukt niet altijd. Ook het enorme werk van Stef Kamil Carlens (ex-Zita Swoon – n.v.d.r.) moet worden vermeld: voor dit livealbum heeft hij meer dan tien uur opnames beluisterd (vijf avonden in totaal – n.v.d.r.) om de beste fragmenten te selecteren en te mixen.


Ik heb het gevoel dat de grens van improvisatie – als die er al is – die van een bepaalde rockcultuur zou zijn. Bijvoorbeeld wat men ‘garagerock’ noemde, bands zoals Birthday Party (de eerste band van Nick Cave)…

Rudy Trouvé : Ja, daar zit wel iets in. Maar nogmaals, “we proberen het” (glimlach).

Een gevoeliger vraag: heeft het overlijden van jullie zanger Matt Watts (vorig jaar) geleid tot een verandering in de filosofie van de groep, in de manier waarop jullie muziek maken?

Rudy Trouvé : Neen, niet op filosofisch vlak. Maar hij was wel heel aanwezig op het podium, hij droeg veel bij met zijn teksten en zijn energie. Hij was ook heel charismatisch! Dat laat natuurlijk een leegte achter... We werken nu al twintig jaar op dezelfde manier. Sommigen zijn ondertussen vertrokken, anderen zijn erbij gekomen...

Sommige leden van de groep, zoals jij of Stef Kamil Carlens, hebben ervaring met grote zalen, grote festivals en belangrijke platenlabels... Is het nu een noodzaak om in kleine clubs te spelen? Of doen jullie dit gewoon voor het plezier om samen te spelen?

Rudy Trouvé : Toen ik met dEUS voor een groot publiek speelde, zette ik tegelijkertijd mijn carrière in cafés en kleine clubs voort. Dat is een beetje vergelijkbaar met wat er vandaag gebeurt. Met I H8 Camera worden we soms geboekt voor festivals, spelen we in de Ancienne Belgique of in de Botanique. Eerlijk gezegd kan het me niet zoveel schelen...


Heb je toch meer plezier in het spelen in een club dan in een grote zaal?

Rudy Trouvé : Ja, zeker. Ik ga in ieder geval niet graag naar bands kijken in grote zalen. Ik hou niet meer van de sfeer als er meer dan vijfhonderd toeschouwers zijn. Onder die omstandigheden spelen, dat wordt een beetje raar voor mij (lacht).

Interview © Yves Tassin (vrije vertaling : Jos Demol)  -  foto’s © France Paquay
In samenwerking met JazzMania


I H8 Camera -
Live at l’Archiduc Brussels May 2023

Starman Records

Lees HIER de recensie 

Volgende concert : Menen CC De Steiger 18.10.2025


In case you LIKE us, please click here:



Foto © Leentje Arnouts
"WAGON JAZZ"
cycle d’interviews réalisées
par Georges Tonla Briquet




our partners:

Clemens Communications





Hotel-Brasserie
Markt 2 -
8820 TORHOUT


Silvère Mansis
(10.9.1944 - 22.4.2018)
foto © Dirck Brysse


Rik Bevernage
(19.4.1954 - 6.3.2018)
foto © Stefe Jiroflée


Philippe Schoonbrood
(24.5.1957-30.5.2020)
foto © Dominique Houcmant


Claude Loxhay
(18.2.1947 – 2.11.2023)
foto © Marie Gilon


Pedro Soler
(8.6.1938 – 3.8.2024)
foto © Jacky Lepage


Sheila Jordan
(18.11.1928 – 11.8.2025)
foto © Jacky Lepage


Raúl Barboza
(22.5.1938 - 27.8.2025)
foto © Jacky Lepage



Special thanks to our photographers:

Petra Beckers
Ron Beenen
Annie Boedt
Klaas Boelen
Henning Bolte

Serge Braem
Cedric Craps
Luca A. d'Agostino
Christian Deblanc
Philippe De Cleen
Paul De Cloedt
Cindy De Kuyper

Koen Deleu
Ferdinand Dupuis-Panther
Anne Fishburn
Federico Garcia
Jeroen Goddemaer
Robert Hansenne
Serge Heimlich
Dominique Houcmant
Stefe Jiroflée
Herman Klaassen
Philippe Klein

Jos L. Knaepen
Tom Leentjes
Hugo Lefèvre

Jacky Lepage
Olivier Lestoquoit
Eric Malfait
Simas Martinonis
Nina Contini Melis
Anne Panther
France Paquay
Francesca Patella
Quentin Perot
Jean-Jacques Pussiau
Arnold Reyngoudt
Jean Schoubs
Willy Schuyten

Frank Tafuri
Jean-Pierre Tillaert
Tom Vanbesien
Jef Vandebroek
Geert Vandepoele
Guy Van de Poel
Cees van de Ven
Donata van de Ven
Harry van Kesteren
Geert Vanoverschelde
Roger Vantilt
Patrick Van Vlerken
Marie-Anne Ver Eecke
Karine Vergauwen
Frank Verlinden

Jan Vernieuwe
Anders Vranken
Didier Wagner


and to our writers:

Mischa Andriessen
Robin Arends
Marleen Arnouts
Werner Barth
José Bedeur
Henning Bolte
Paul Braem
Erik Carrette
Danny De Bock
Denis Desassis
Pierre Dulieu
Ferdinand Dupuis-Panther
Federico Garcia
Paul Godderis
Stephen Godsall
Jean-Pierre Goffin
Claudy Jalet
Chris Joris
Bernard Lefèvre
Mathilde Löffler
Claude Loxhay
Ieva Pakalniškytė
Anne Panther
Etienne Payen
Quentin Perot
Jacques Prouvost
Renato Sclaunich
Yves « JB » Tassin
Herman te Loo
Eric Therer
Georges Tonla Briquet
Henri Vandenberghe
Peter Van De Vijvere
Iwein Van Malderen
Jan Van Stichel
Olivier Verhelst