Ter gelegenheid van de release van het album “Boilerism” van de inmiddels bekende Brusselse band hebben we Dorian & Florent via videoconferentie ontmoet. De een op zijn terras en de ander in het bandlokaal, in Volta. Een mooie inleiding die ons meteen ter zake brengt.
Een paar weken geleden kwam ik naar Volta om Bandler Ching te interviewen, een maand later was ik in Namen om het Glass Museum te fotograferen. Ik heb Jean-Paul Groove al meerdere keren gefotografeerd, ik heb het gevoel dat ik binnenkort alle lokale bands heb gehad!
Dorian Dumont : Ja, niet slecht! Dat begint een mooie lijst te worden... (lacht)
De Volta, wat een gekke plek! Hoe zijn jullie bij dit project terechtgekomen en wat trok jullie hier aan?
Florent Jeunieaux : Het waren mensen die we al kenden van de eerste Volta, aan het kerkhof van Elsene. Dat was het begin van wat het nu is geworden, ze begonnen residenties te organiseren en we gingen naar concerten kijken. We zagen een beetje wie er rond het project hing, mensen die we al tegenkwamen op het conservatorium, en toen ze een tweede Volta openden in Anderlecht, waren we met de groep net op zoek naar een lokaal.
Het was toeval dat Arne Huysmans op bezoek was, we zijn naar Anderlecht gegaan. Er was nog niets, … alleen maar muren. Een hangar. Alleen al aan de manier waarop Arne erover sprak, wist ik dat het iets moois zou worden. We zagen al de gemeenschapszin, de wil om iets te doen voor muzikanten, om muzikanten met elkaar in contact te brengen.
Het feit dat het zowel in het Nederlandstalige als in het Franstalige deel van de stad lag, was al iets ongewoons. We hadden er een heel goed gevoel bij en uiteindelijk heeft het project onze verwachtingen overtroffen. Het is een plek waar we veel tijd samen hebben doorgebracht, hard hebben gewerkt, vooral tijdens COVID, en waar de band is geworden wat hij nu is. Als je het resultaat ziet, is het veel meer dan alleen een repetitieruimte. We maken deel uit van een gemeenschap, we voelen dat het een plek is waar veel energie en creativiteit samenkomt, en dat straalt ook over de grenzen heen.
Dorian Dumont : Je hebt echt het gevoel dat je deel uitmaakt van de VOLTA-groep, het is een gezamenlijk avontuur. We beheren de ruimte niet, maar we maken er deel van uit. We denken niet: “Ik betaal voor mijn ruimte en als ik wegga, doe ik het licht uit.”
Er is een wil om relaties aan te gaan en groepen met elkaar in contact te brengen. Als je naar een ruimte komt, voel je een soort verantwoordelijkheid om er meer van te maken dan alleen een repetitieruimte, het moet een plek zijn waar je dingen deelt. We organiseren er concerten, dat zorgt voor een bepaalde dynamiek. Dat voelen we duidelijk, en we hebben altijd geweten dat dat een kracht en iets waardevols is. Daar zijn we trots op!
Het is ook een geweldige kans om al die bands te ontmoeten en om met ze te praten, om deze scene te zien en er deel van uit te maken, die door VOLTA behoorlijk in de schijnwerpers wordt gezet en die een beetje de ‘stijl’ van VOLTA bepaalt. Ook al zijn er veel verschillende stijlen, hier zijn toch veel plekken waar we elkaar muzikaal vinden.
Jullie muziek bevindt zich tussen jazz en iets dat op math-rock lijkt. Kunnen we dat math-jazz noemen?
Florent Jeunieaux : Wat doet je aan jazz denken in onze muziek? Ik ben nieuwsgierig.
Om eerlijk te zijn, ik plaats jullie in de jazz omdat het tijdschrift mij gevraagd heeft jullie te interviewen. (Lacht) Neen, voor mij zit er een subtiliteit in de ritmes en de opbouw van de patronen die zich onderscheiden van house, omdat ze veel evolutief zijn. Ze zijn nooit hetzelfde, je weet nooit wat je te wachten staat. Het is veel verrassender, en dat is waar ik de jazz in terugvind.
Dorian Dumont : Er is iets grappigs aan deze vraag die ons geregeld wordt gesteld over jazz. We komen inderdaad allemaal uit de jazzwereld, maar we hebben geen jazzreferenties in ons hoofd wanneer we componeren. We vertrekken vanuit een drum-'n-bassritme of een acid track. In die stijlen zijn er wel mensen die jazzreferenties hebben, maar we hebben helemaal niet geprobeerd om ons daarop te baseren. We hebben nooit gezegd dat we jazz in onze muziek zouden brengen. Wij maken bassmuziek. Maar misschien laten we wel doorschemeren wat we leuk vinden. Dat is niet bewust.
We worden uitgenodigd voor jazzfestivals! Wij houden ervan om live voor mensen te spelen, en jazzfestivals geven ons de kans om voor mensen te spelen die ons anders misschien nooit zouden hebben gezien. En het komt goed uit, want het is een publiek dat houdt van mensen die zich emotioneel inzetten voor hun muziek, en dat is precies wat wij graag doen. Onze liveoptredens zijn voor ons ook een manier om te laten zien hoe we muziek beleven, ze laten ons de levendige dimensie van liveoptredens in al hun kracht integreren.
Maar we moeten wel lachen als mensen ons met een jazzband vergelijken, want dat is echt niet onze bedoeling. Je kunt zeggen dat we jazz spelen, maar daar moet je nog heel wat labels aan toevoegen.
Over liveoptredens gesproken: er is een groot verschil tussen de albums en jullie concerten. De liveoptredens zijn echt een knaller, terwijl de albums heel goed thuis te beluisteren zijn. Neem je de albums op zoals je ze speelt, of neem je albums op om ze te spelen?
Dorian Dumont : Vroeger namen we op om te spelen, maar nu proberen we echt een onderscheid te maken tussen de twee formats: album en live. We proberen de essentie van onze muziek te vinden en die stijl over te brengen naar het album en naar liveoptredens.
Onze focus ligt vooral op live optreden, maar we willen de albums niet opgeven en we willen iets cools doen. Het is een evenwicht dat niet gemakkelijk te vinden is. Persoonlijk vind ik dat we langzaam maar zeker een zekere mate van volwassenheid bereiken. We hebben het antwoord nog niet gevonden, maar we slagen erin om onze boodschap in een vaster kader te gieten en er een album van te maken.
Florent Jeunieaux : Ik heb het gevoel dat onze muziek ook langs twee assen gepolariseerd is. Er is de energie. We houden ervan dat die krachtig is en je door elkaar schudt, en ik heb het gevoel dat mensen dat heel sterk voelen tijdens liveoptredens.
We zijn ook dol op details en kleine nuances van specifieke kleurtjes, en dat doet misschien denken aan jazz... In de studio kunnen we wat meer aandacht besteden aan die kleine dingen, de iets meer verrassende harmonieën, de kleine nuances die we live misschien bewust weglaten. Het is ook een kans om dingen die in de huiskamer beter tot hun recht komen, weer terug te vinden.
Laten we het toch even over het nieuwe album hebben. Jullie eerste album beleefde ik als een soort “waterervaring” in de open lucht. Het heeft iets weg van de soundtrack voor een documentaire van Cousteau, maar dan met een zonniger, luchtiger kantje. Op het tweede album vinden we nog steeds dezelfde speelse dynamiek terug. Op dit derde album zien we dat jullie alle compromissen hebben losgelaten en meteen zijn overgestapt op de ‘danceflorisatie’ van jullie eerste twee albums. Jullie hebben besloten een stap te zetten?
Florent Jeunieaux : Vanaf het begin hadden we het verlangen om, zoals je zegt, naar de dansvloer te gaan. Het hele album draait daar om. Ook de titel, en het zit vol verwijzingen. We wilden een stap verder zetten in die wereld. Ik denk dat we dat al hadden gedaan met bassmuziek, maar dan op een subtielere manier.
En het is ook zo dat we als groep allemaal festivalervaring hebben, we hebben samen dj-sets gezien. Door dat allemaal samen te beleven, wilden we ons erin storten en op zoek gaan naar wat ons interesseert. En toen zijn we verder gegaan, ook qua energie en tempo, naar snellere, opwindender dingen dan we gewend waren. Dus ja, in dat opzicht hebben we het gevoel dat we een stap verder zijn gegaan. We komen uit onze comfortzone. We durven, we gaan de dansvloer op! Onze aanpak is radicaler.
Dorian Dumont : Die dimensie was vanaf het begin duidelijk, dus alles was veel evidenter voor ons. We hebben minder getwijfeld dan bij de vorige albums. Dat wil niet zeggen dat het beter of slechter is, maar de keuzes waren vanaf het begin duidelijker.
Daarna hebben we ervoor gezorgd dat we het beste uit elk formaat hebben gehaald. Er is wat we nodig hebben om er een nummer voor het album van te maken, en dan is er wat we kunnen doen om het live tot leven te brengen. We weten dat we er nog aan zullen sleutelen. We hebben nog maar één liveoptreden gedaan, in de Ancienne Belgique. Voor het vorige album hebben we twee jaar gewerkt om er live het maximale uit te halen. We hebben een solide basis en nu is het de vraag hoe we die naar een hoger niveau kunnen tillen en hoe we alles kunnen verfijnen.
Je speelt veel in het buitenland. Wat is je favoriete publiek? Deauville, Berlijn, Brrrrussssels?
Dorian Dumont : Brussel! (lacht) Oké, we gaan niet alleen maar vrienden maken... We spelen graag in Brussel omdat onze vrienden daar zijn. Brussel is waar we vandaan komen, we willen deze stad verdedigen, we willen dat duidelijk laten zien, we voelen ons erg Brussels, we voelen ons erg verbonden met de Brusselse scene. Maar het is mooi om dat allemaal in het buitenland te verspreiden, bij mensen die ons niet kennen. We zijn in Nederland geweest, maar ook in Mexico. Dat was grappig. In Londen hebben we ons kostelijk vermaakt. Ze hebben echt een geschiedenis met deze muziekstijl, je merkt dat de mensen de referenties hebben. Er zijn overal echt coole dingen. In Italië heb je ook niet te klagen! Het is niet smerig! (lacht)
Wat betreft 2025: Hoe zien jullie de komst van AI in een muziekstijl die zo specifiek is als die van u? Ja, dat is een strikvraag…
Dorian Dumont : Het is grappig, met wat we met deze groep willen verdedigen, ben ik er zeker van dat we daar een relevantie in zullen vinden. We spelen met die grenzen, tussen de machine en de mens. Door op elektronische instrumenten te spelen, maar ook op drums, confronteren we die twee werelden met elkaar. Ik heb het gevoel dat we daar al mee spelen. Ik denk dat we relevant zullen zijn in dat debat, in die zin dat we de grenzen van de mens op dat vlak willen testen.
Florent Jeunieaux : Om het vanuit een misschien wat luchtiger perspectief te bekijken: we zijn erg geïnspireerd door niet-menselijke muzikale processen, elektronische muziek. Dat heeft ons bij elkaar gebracht, het maken van muziek met instrumenten die niet natuurlijk zijn. Dus zelfs als AI ons onwaarschijnlijke muziek levert, zal dat voor ons waanzinnig materiaal zijn om iets te creëren waar we nooit aan gedacht zouden hebben. Ik ben er zeker van dat er kleine dingen zoals dat zullen zijn die onze creativiteit zullen voeden. En ik beantwoord slechts een heel klein deel van deze enorme vraag.
Laatste vraag: wat is de volgende stap? U bent op 6 december 2025 in TRIX, wat gebeurt er daarvoor?
Florent Jeunieaux : Er is Dour !
Dorian Dumont : Morgen vertrekken we naar Toulouse, daarna Parijs.
Florent Jeunieaux : En we spelen op 4 oktober 2025 in OM Luik !
Dat is precies wat ik bedoelde! Kom naar Luik voor een geweldige avond! Kowari / les BRUMS / ECHT ! allemaal op dezelfde avond! Het wordt een knaller! We kijken ernaar uit jullie daar te zien!
Interview © Quentin Perot (vrije vertaling: Jos Demol) - foto’s © Arne D'Hondt
In samenwerking met JazzMania
ECHT! - Boilerism
Sdban / N.E.W.S.
In case you LIKE us, please click here:
Hotel-Brasserie
Markt 2 - 8820 TORHOUT
Silvère Mansis
(10.9.1944 - 22.4.2018)
foto © Dirck Brysse
Rik Bevernage
(19.4.1954 - 6.3.2018)
foto © Stefe Jiroflée
Philippe Schoonbrood
(24.5.1957-30.5.2020)
foto © Dominique Houcmant
Claude Loxhay
(18/02/1947 – 02/11/2023)
foto © Marie Gilon
Pedro Soler
(08/06/1938 – 03/08/2024)
foto © Jacky Lepage
Special thanks to our photographers:
Petra Beckers
Ron Beenen
Annie Boedt
Klaas Boelen
Henning Bolte
Serge Braem
Cedric Craps
Luca A. d'Agostino
Christian Deblanc
Philippe De Cleen
Paul De Cloedt
Cindy De Kuyper
Koen Deleu
Ferdinand Dupuis-Panther
Anne Fishburn
Federico Garcia
Jeroen Goddemaer
Robert Hansenne
Serge Heimlich
Dominique Houcmant
Stefe Jiroflée
Herman Klaassen
Philippe Klein
Jos L. Knaepen
Tom Leentjes
Hugo Lefèvre
Jacky Lepage
Olivier Lestoquoit
Eric Malfait
Simas Martinonis
Nina Contini Melis
Anne Panther
France Paquay
Francesca Patella
Quentin Perot
Jean-Jacques Pussiau
Arnold Reyngoudt
Jean Schoubs
Willy Schuyten
Frank Tafuri
Jean-Pierre Tillaert
Tom Vanbesien
Jef Vandebroek
Geert Vandepoele
Guy Van de Poel
Cees van de Ven
Donata van de Ven
Harry van Kesteren
Geert Vanoverschelde
Roger Vantilt
Patrick Van Vlerken
Marie-Anne Ver Eecke
Karine Vergauwen
Frank Verlinden
Jan Vernieuwe
Anders Vranken
Didier Wagner
and to our writers:
Mischa Andriessen
Robin Arends
Marleen Arnouts
Werner Barth
José Bedeur
Henning Bolte
Erik Carrette
Danny De Bock
Denis Desassis
Pierre Dulieu
Ferdinand Dupuis-Panther
Federico Garcia
Paul Godderis
Stephen Godsall
Jean-Pierre Goffin
Claudy Jalet
Chris Joris
Bernard Lefèvre
Mathilde Löffler
Claude Loxhay
Ieva Pakalniškytė
Anne Panther
Etienne Payen
Quentin Perot
Jacques Prouvost
Renato Sclaunich
Yves « JB » Tassin
Herman te Loo
Eric Therer
Georges Tonla Briquet
Henri Vandenberghe
Peter Van De Vijvere
Iwein Van Malderen
Jan Van Stichel
Olivier Verhelst