The Bureau Of Atomic Tourism - Eden (ddb)
T
Rat Records, 2019
Van The B.O.A.T. verschenen tot hiertoe drie albums.
Sinds het eerste wisselde de groepsbezetting op sommige posten, maar het instrumentarium bleef quasi hetzelfde. Eden kan zich laten ontdekken als een studioalbum dat misschien niet minder genietbaar is thuis als live tijdens een cd-voorstelling.
Eden is een ferm werkstuk. Alle composities zijn van Jozef Dumoulin. Behalve tot een klankentovenaar ontwikkelde hij zich duidelijk ook als intrigerend componist. Hij ging doorheen de jaren uiteenlopende, binnen- en buitenlandse projecten aan. Iets wat ook gezegd kan worden van Teun Verbruggen die lang het meest internationale bekendheid genoot als drummer bij het Jef Neve Trio.
Wie behalve de twee Belgen in The B.O.A.T. meespelen, dat zijn ook niet de minsten. De bekendste naam om te laten vallen bij de bedrijvige Amerikaan Jon Irabagon is misschien die van trompettist Dave Douglas. Magnus Broo en Ingebrigt Håker Flaten spelen samen bij Atomic, daarnaast hebben de Vikings elk hun connecties/referenties in de V.S en Europa. De Franse Julien Desprez is de te ontdekken verse, jonge snaak in het gezelschap. Blijkbaar ook goed op weg om een geluidskunstenaar te worden.
Het moet zijn dat de kleppers in deze constellatie met twee Belgen uitdaging en plezier vinden. Dat biedt de nieuwe cd ook de luisteraar aan. Eden is een prikkelend geordende verzameling van muzikale brouwsels. ‘De Teun Van Eden’ valt wild met de deur in huis. Zoals goeie ouwe free jazz. Het doet tegelijk denken aan hoe de cd Foxy van Jon Irabagon begint. Alsof je een deur opendoet en binnenkomt tijdens een concert waar het er al eventjes hevig aan toe gaat. The B.O.A.T. is wel een ander paar mouwen dan het trio van Foxy. In ‘De Teun Van Eden’ passeren slepende delen die als gore, noisy blues-rock dwalen tussen actualiseringen van beelden stormende free jazz. (Plus verrassende reprise.) Waarop ‘Love And Things 1’ volgt, als eerste van een aantal korte interludiums.
Hoogtepunten kan je op dit album zowel in langere tracks vinden als in korte intermezzo’s. ‘Two Part Oven In Thin Eleven’ vind ik zelf als titel onbegrijpelijk, maar wel klinken. Er zit een knappe passage in met unisono sax en trompet. In iets meer dan 8’ trekt het van rustig filmisch naar ritmisch en melodisch spannend terrein waar zowel een dromerige sfeer in meespeelt als een onbestemde dreiging. Het geheel lost op boven een surreële spielerei met knoppen en een loeiende koe.
‘Passed Present’ is een ander langer stuk dat heel knap in elkaar steekt. Het heeft niets van een liedje, maar wat een collage van samples en instrumentele vaardigheden!
‘B Minor Blues’ heeft iets van een popliedje dat verloren is gelopen door hoogradioactief gebied en zo tot iets jazzy is gemuteerd, om eerst nog aandoenlijk te zijn zoals Moondog in de straten van New York, maar gedoemd tot een chaotisch einde.
Als mijn vergelijkingen wat wild lijken, dan heeft dat misschien te maken met de interludiums. Daarin kan je (‘Ifrit’) retro-sci-fi-space-noise voorgeschoteld krijgen. Of een lekker funky brokje (‘Video Interlude 1’).
Tussendoor zit er ook wel wat met de tijdsduur van een rocksong. ‘Searching Ends When Sharing Starts’ lijkt wel een beetje Sonic Youth met blazers of zo.
Al bij al geen hapklare bestemming voor massatoerisme, als het ware, maar beslist een aanrader voor avontuurlijke oren.
© Danny De Bock
verschijnt ook op draaiomjeoren.com
Bezetting:
Jon Irabagon, sax
Magnus Broo, trompet
Jozef Dumoulin, fender Rhodes, casio
Julien Desprez, gitaar
Ingebrigt Håker Flaten, bas
Teun Verbruggen, drums