De stilte van ECM
Various
ECM
Drie nieuwe releases bij ECM waarbij alles draait rond stilte en traagheid. Meteen evenveel verschillende invalshoeken.
Trygve Seim/Frode Haltli – Our Time
Een stijloefening van rietblazer Trygve Seim en accordeonist Frode Haltli om minimalisme tot het extreme te drijven. Ze laten de noten zweven door tijd en ruimte en spelen meteen met het effect van de plek waar ze ‘Our Time’ opnamen, de Himmelfahrtskirche in München. Ze benutten dit aspect tot het maximum waardoor de grandeur van de stilte nog onmetelijker klinkt.
Een hallucinerende luisterervaring aangezien elk begrip van tijd vervaagt. Opvallend is dat ze dit bereiken door zowel eigen werk als aan de hand van traditionals uit Oekraïne en Noord-Indië. Zelfs ‘Les Cinq Doigts No.5’ van Igor Stravinsky verweven ze hierin.
Tord Gustavsen Trio – Seeing
Pianist Tord Gustavsen laat op zijn beurt de tijd uiterst langzaam voortschrijden door middel van zijn schrale composities en bewerkingen van een Noorse traditional, twee stukken van Bach en een nummer van de Amerikaanse componist Lowell Mason die zich vooral specialiseerde in kerkelijke muziek. Dat over het album ‘Seeing’ een haast spiritueel aura zweeft, hoeft dan ook niet te verbazen. ‘Beneath Your Wisdom’ is bovendien een sterk staaltje blues.
Met de hulp van contrabassist Steinar Raknes en drummer Jarle Vespestad creëert Gustavsen hier een diepzinnig en bezield fresco.
Louis Sclavis/Benjamin Moussay – Unfolding
Pianist Benjamin Moussay rolt samen met (bas)klarinettist Louis Sclavis een scenario in negen hoofdstukken uit waarin ze elkaars ideeën samen op broze en intimistische manier aanvullen en uitwerken. Het is een koorddansen tussen lyrische kamermuziek en introspectieve jazz waarbij ze afwisselend figuratief en abstract aan de slag gaan. Ze introduceren zelfs een omfloerste danspassage (‘Siete Lagunas’) en kronkelende spielereien (‘Somebody Leaves’).
Heel bijzondere klank, alsof de opname gebeurde in een kapel. Het was echter in de vertrouwde ECM-studio La Buissonne dat alles ingeblikt werd.
© Georges Tonla Briquet