The Black Cat: sterke start van het concertjaar 2018!

MOTU, 13 februari 2018


Tweemaal goed nieuws viel er te rapen tijdens de verwelkoming van voorzitter Paul De Cloedt: nadat in het voorafgaande mailverkeer nogal wat verwarring was ontstaan over de bezetting waarin MOTU zou aantreden, kon hij eindelijk de juiste namen van zijn spiekbriefje aflezen; èn The Black Cat gaat door met het organiseren van concerten! Reeds tot eind december 2018 liggen alle acts vast, bovendien zijn er ook al mooie aanbiedingen van groepen voor volgend jaar. Zij het dat men in 2019 wel naar een andere – nog niet met naam genoemde – locatie zal moeten uitwijken.


Het optreden van MOTU, zou drummer-componist-groepsleider Lionel Beuvens na de eerste gespeelde stukken toelichten, was opgehangen aan de recent verschenen cd ‘Earthsong’ (IGL277), waarin een ode wordt gebracht aan (o.a.) de aarde, de vrijheid en de energie die vrijkomt bij samen musiceren.


Opener ‘Song of Ive’ begon verstild met in de hoofdrollen Brice Soniano die met de boog gracieus over de snaren van zijn contrabas streek, en Nicola Andreoli – invaller voor Alexi Tuomarila – die klaterende pianoklanken toverde waardoor hij mijn gedachten even voerde richting ‘Les jeux d’eau à la villa d’Este’ van Liszt. Het stuk zwol langzaam aan toen zangeres Natashia Kelly even in duo ging met de trompet van Kalevi Louhivuori die daarna zelf een energieke solo bracht. Onder al dat fraais: de werkelijk perfect geoliede ritmesectie van Beuvens en Soniano. De daaropvolgende solo van de pianist wekte bij bassist Brice duidelijk gevoelens van vreugde, wat af te lezen viel van diens lachende gelaat.


Diezelfde Soniano speelde solo de intro van ‘Oisin’ waarna de medemuzikanten invielen, met Louhivuori die - dit keer op flugelhorn – lange reeksen snelle, korte noten blies. Opvallend: ook hier weer een beperkt gehouden zangpartij van Kelly die, zoals het de hele duur van het optreden zou blijven, helemaal ten dienste stond, zodat dit godzijdank nooit en geenszins een concert van “een zangeres met groep” werd. (Op de cd is het aandeel van de zangeres trouwens nog meer bescheiden.)


Naadloos ging men over in ‘Cité Soleil’, waarin Lionel Beuvens zijn solomoment had en donder roffelend op de tom-toms een sterk staaltje drumwerk ten beste gaf. Soniano genoot – weer eens – zichtbaar en dermate geconcentreerd dat hij alvorens in te vallen geamuseerd moest navragen of hij wel de juiste bladmuziek voor zich had. Tijdens deze compositie, zonder zang dit keer, schakelde Louhivuori terug over op trompet, zeer krachtig uithalend. Helemaal een hoogtepunt werd dit stuk tijdens een passage waarin de groep reduceerde tot pianotrio.


‘Dave’s Night’ werd geopend door Andreoli en Kelly in duo en ontvouwde zich tot een lyrisch stuk dat zeer gevoelvol werd gebracht, naar het einde toe prachtig verstillend en uitdovend met enkel nog zang, bas en drums.


Zonder overgang belandde het kwintet in het slotnummer, ‘Three Trees’, tijdens hetwelk Louhivuori even gebruik maakte van elektronica om de trompetklanken bij te kleuren – gelukkig met mate – en ook door zijn instrument “zong”. Deze opzwepende compositie werd opgesierd door een onweerstaanbare pianosolo en door Lionel Beuvens die op cowbell aanstekelijk het ritme onderstreepte. Beuvens manifesteerde eens te meer dat hij niet de grote spektakeldrummer is die een valies vol speeltjes en andere geluid makende gadgets vandoen heeft om indruk te maken: uit zijn kit zonder extra opsmuk haalt hij alles steeds op het juiste moment, zonder feilen. Voor wie er op lette, werd steeds vermakelijker het contrast te aanschouwen tussen de koele, quasi onbeweeglijke trompettist en de nauwelijks een tel stilstaande en voortdurend glunderende Soniano. Vertederend was ook gade te slaan hoe de bassist de zangeres wat onder zijn vleugels nam, en na afloop van het concert een schouderklopje gaf.


Met bisnummer ‘A’ werd geheel in de lijn van wat voorafging in ware schoonheid geëindigd.

Tijdens dit eerste volwaardig concert van 2018 in The Black Cat werd de lat al meteen heel hoog gelegd. Mijn ietwat laattijdige, maar oprechte nieuwjaarswens aan de jazzclub is dat de hiernavolgende optredens van dezelfde kwaliteit mogen zijn!


Tekst © Paul Godderis, 18 februari 2018  -  foto’s © Geert Vanoverschelde


In case you LIKE us, please click here:




Foto © Leentje Arnouts
"WAGON JAZZ"
cycle d’interviews réalisées
par Georges Tonla Briquet




our partners:

Clemens Communications


 


Silvère Mansis
(10.9.1944 - 22.4.2018)
foto © Dirck Brysse


Rik Bevernage
(19.4.1954 - 6.3.2018)
foto © Stefe Jiroflée


Philippe Schoonbrood
(24.5.1957-30.5.2020)
foto © Dominique Houcmant


Claude Loxhay
(18/02/1947 – 02/11/2023)
foto © Marie Gilon


Special thanks to our photographers:

Petra Beckers
Ron Beenen
Annie Boedt
Klaas Boelen
Henning Bolte

Serge Braem
Cedric Craps
Christian Deblanc
Philippe De Cleen
Paul De Cloedt
Cindy De Kuyper

Koen Deleu
Ferdinand Dupuis-Panther
Anne Fishburn
Federico Garcia
Robert Hansenne
Serge Heimlich
Dominique Houcmant
Stefe Jiroflée
Herman Klaassen
Philippe Klein

Jos L. Knaepen
Tom Leentjes
Hugo Lefèvre

Jacky Lepage
Olivier Lestoquoit
Eric Malfait
Simas Martinonis
Nina Contini Melis
Anne Panther
Jean-Jacques Pussiau
Arnold Reyngoudt
Jean Schoubs
Willy Schuyten

Frank Tafuri
Jean-Pierre Tillaert
Tom Vanbesien
Jef Vandebroek
Geert Vandepoele
Guy Van de Poel
Cees van de Ven
Donata van de Ven
Harry van Kesteren
Geert Vanoverschelde
Roger Vantilt
Patrick Van Vlerken
Marie-Anne Ver Eecke
Karine Vergauwen
Frank Verlinden

Jan Vernieuwe
Anders Vranken
Didier Wagner


and to our writers:

Mischa Andriessen
Robin Arends
Marleen Arnouts
Werner Barth
José Bedeur
Henning Bolte
Erik Carrette
Danny De Bock
Denis Desassis
Pierre Dulieu
Ferdinand Dupuis-Panther
Federico Garcia
Paul Godderis
Stephen Godsall
Jean-Pierre Goffin
Claudy Jalet
Bernard Lefèvre
Mathilde Löffler
Claude Loxhay
Ieva Pakalniškytė
Anne Panther
Etienne Payen
Jacques Prouvost
Yves « JB » Tassin
Herman te Loo
Eric Therer
Georges Tonla Briquet
Henri Vandenberghe
Iwein Van Malderen
Jan Van Stichel
Olivier Verhelst